Somalië, Bilis Quoqani - 11 september 1993.

[...]

Soms wordt het saai. Ik heb nu drie nachtpatrouilles gedaan die elk op zich de nodige adrenaline opwekte maar in feite is er weinig gebeurt.

"CHARLIE TWO ONE" had bijna prijs!

We staan op wanneer we willen, kleden ons zoals we willen. Het enige dat altijd strikt gerespecteerd wordt zijn de opdrachten. Wanneer we de prikkeldraad van ons bivak voorbij zijn en ons zowel bij dag als bij nacht in de bush begeven moet er 110% gewerkt worden.





Gisteren hebben we een gevechtspatrouille gedaan. Kruipen door de bush, ongelofelijk veel regen bij 40C°. We waren op zoek naar een gewapende bende die hier in de streek overvallen pleegt. Dezelfde bende waar "CAHRLIE TWO ONE" bijna op gebotst was tijdens een nachtpatrouille.

We hebben niemand gevonden. Die bendes kennen hier elk doorgangetje, elk paadje. Ze weten verdomd goed wanneer wij eraan komen.



We hebben met het peleton een patrouille gedaan naar Hoosingo een dorp wat 100KM van Bilis ligt. In het dorp en de omgeving zouden gewapende bendes zitten.

Na een helse rit van tien uur door de bush kwamen we op onze bivakplaats. Van daaruit zouden we opereren. "CHARLIE TWO ONE" vertrok als eerste op patrouille. Hij bracht vier gevangenen mee. Er zouden nog twee gewapende companen in het dorp zitten.

Daarna vertrokken wij bij nacht met twee secties naar het dorp. Aangekomen splitsten we ons in twee teams. Ik nam de hoofdstraat voor mijn rekening. We gingen stap voor stap het dorp binnen. Ik zag geen tien meter voor mij. Op kop liepen mijn verkenner met nachtkijker en mijn scherpschutter. Achter mij zeven man.



"Sergeant hier zitten twee mannen!" zegt mijn verkenner. Hij staat aan de overkant van de hoofdweg. Ik antwoord "Controleer ze!". Ik zet één stap vooruit en hij roept: "Een wapen!" en iedereen begint te vuren. Ik roep door mijn radio: "CHARLIE TWO TWO - contact!". Ik duik ergens naartoe, mijn radio knalt tegen mijn achterhoofd. We vuren honderden kogels midden in een slapend dorp. Onze LT beval terplaatse te blijven en te wachten tot het dag werd. En toen werd het muisstil. Daar lagen we te wachten, midden in het dorp, wetende dat er gewapende mannen rondom zaten zonder te weten waar. Volgens mijn verkenner was hij in de schouder geraakt.

En toen werd het uiteindelijk licht. Geen spoor van onze tegenstander. Nu moesten we huis per huis doorzoeken en hopen dat hij was gaan lopen in plaats van op ons te vuren. We hebben niets meer gevonden.


Ik heb nog nooit zoveel adrenaline door mijn lijf voelen pompen. Ik had geen seconde schrik! Die kerels pakken is op dat moment het enige wat telt. Ik weet nu dat mijn mannen niet twijfelen. Hier en daar heb ik enkele afspraken veranderd in het team. Bij een volgend contact gaan ze niet lopen.

Ik steek een sigaret op (de 25ste). Eigenlijk zou ik je dit moeten vertellen. Als iemand wegloopt in de bush is het heel moeilijk om te weten wie er wegloopt en of die gewapend is.

...

Ik zit met mijn walkman volmax en hoor de muziek zelfs niet. Begrijp me niet verkeerd, ik zit niet met mezelf in de knoei. Maar de brug naar thuis is zo lang aan het worden.

[...]

Voor het postpakket:
- scheermesjes (Contour)
- 2 fotofilm
- batterij - walkman - 4 pakjes
- snoep (veel koekjes)
- een verrassing