Somalië, Kismayo - 1 september 1993.


[...]


Het is hier zeer rustig doch moeten altijd waakzaam blijven.


Een voordeel is dat wij de bevolking achter ons hebben.  Wat de Amerikanen niet kunnen zeggen. De mensen hier beseffen dat eens wij weg zijn de hel terug kan beginnen.
Kismayo is naar Somalische normen een grote stad. Ze wordt door ons gecontroleerd. Er werd hier door het Belgisch leger een kleine politiemacht opgezet.

Om een goed contact te onderhouden met de bevolking werd een gebouw ingericht waar de dorpsoudsten vergaderen.  Zij zeggen wat zij verlangen en wij zeggen wat wij eisen.

Zo is er het voorbeeld van de "slingers". De Somalische kinderen zijn enorm bedreven in het werpen van stenen met een "slinger". Ze kunnen haarfijn mikken. Ook op ons. Nu, wij kunnen geen kind doodschieten met een "slinger" wanneer die op ons mikt.

Bedenk wel dat de "geslingerde" steen dodelijk is.

In de "dorpsraad" is nu gezegd dat de slingers uit het straatbeeld moeten verdwijnen.
En wat zag ik vandaag als ik door Kismayo reed? Geen enkele slinger te bespeuren.

Ik denk dat het heel raar zal zijn als ik terug thuis ben. Alles is hier vuil of stuk. Niets is in zijn oorspronkelijke staat.

Ik wacht vol spanning op jouw eerste postpakket. Vul het postpakket maar met veel snoep. Iedereen doet dat hier. Soms kunnen we via "Radio Oostende" naar huis bellen, als ik kan zal ik bellen.

Voor het postpakket:
- 2 filmrolletjes voor de Super8
- snoepgoed